Moderne, niet-officiële N naam voor de Bladkoning ←, in gebruik bij N vogelaars sinds c.1990. Naast Blako voor Bladkoning kent het vogelaarsjargon nog tal van andere verkortingen voorbepaalde ('gewilde') vogelsoorten.
Meijer & Van der Bent 1991 legden in een stukje in de 'vogelaarsturbotaal' de volgende namen vast: Blako, Phyllo (=een vogel uit het geslacht Phylloscopus), Rabo (=Raddes Boszanger), Wiko (=Winterkoning), Robo (=Roodborst) en Pabo (=Pallas' Boszanger). Niet alle mogelijke afkortingen van dit genre konden ermee door. Zo komt in de tekst voor "Wistubasijs" (wat Witstuitbarmsijs zou moeten betekenen), maar deze 'naam' wordt aangeduid als niet door iedereen uit het circuit begrepen.
ETYMOLOGIE De naam Blako (en de andere hierboven genoemde namen) bevatten de beginletters van algemeen bekende vogelnamen. De al in 1990 gehanteerde zgn. Euring codes hebben niét voor de betrokken namen model gestaan. Zo is de Euring code voor de Bladkoning PHYINO en die voor de Raddes Boszanger PHYSCH. Eerder valt te denken aan de ornithologische invulling van sinds de tachtiger jaren gehanteerde 'turbotaal', vooral onder jongeren populair. Een onderdeel hiervan waren/zijn nieuwvormingen die eindigen op de letter o.
Deze trend zette in onder amerikaanse jongeren ("beardo, bimbo, creepo, dumbo, fatso en weirdo") en verbreidde zich naar o.a. Nederland, met alternativo, brillo, frusto, lijpo en lullo (toevoeging van een o aan een bestaand woord) en aso, disco, majo, pedo, psycho en socio (verwijdering van de rest van een bestaand woord na de hierin voorkomende letter o). Een flinke 'schwung' kreeg het gebruik van deze woorden o.a. door het tv-optreden van het satirisch duo Van Kooten en De Bie, die zelf voor het woord arro 'arrogant persoon' tekenden [Sanders 1999]. De vogelnamen in dit kader eindigen vrijwel zonder uitzondering op de letter o. (Er zijn nog de Brubo, de Nobo en de Vugo).