Werkwoorden vervoegen
restylen
Tegenwoordige tijd restylen
Ik restyle
Jij restylet
restyle jij?
U restylet
Hij/Zij/Het restylet
Wij restylen
Jullie restylen
Zij restylen
Verleden tijd van restylen
Ik restylede
Jij/U restylede
Hij/Zij/Het restylede
Wij restyleden
Jullie restyleden
Zij restyleden
Voltooid deelwoord van restylen
gerestyled
Tegenwoordig deelwoord van restylen
restylend