Werkwoorden vervoegen
nasnikken
Tegenwoordige tijd nasnikken
Ik snik na
Jij snikt na
snik jij na?
U snikt na
Hij/Zij/Het snikt na
Wij snikken na
Jullie snikken na
Zij snikken na
Verleden tijd van nasnikken
Ik snikte na
Jij/U snikte na
Hij/Zij/Het snikte na
Wij snikten na
Jullie snikten na
Zij snikten na
Voltooid deelwoord van nasnikken
nagesnikt
Tegenwoordig deelwoord van nasnikken
nasnikkend