Werkwoorden vervoegen
telebankieren
Tegenwoordige tijd telebankieren
Ik telebankier
Jij telebankiert
telebankier jij?
U telebankiert
Hij/Zij/Het telebankiert
Wij telebankieren
Jullie telebankieren
Zij telebankieren
Verleden tijd van telebankieren
Ik telebankierde
Jij/U telebankierde
Hij/Zij/Het telebankierde
Wij telebankierden
Jullie telebankierden
Zij telebankierden
Voltooid deelwoord van telebankieren
getelebankierd
Tegenwoordig deelwoord van telebankieren
telebankierend