afk.: ABA (Fr.: répondeur automatique; Du.: automatischer Beantwortungsapparat; Eng.: automatic answering device), apparaat dat dient om de bereikbaarheid van een telefoonabonnee te verbeteren.
Realisering hiervan vindt plaats door het geven van een gesproken melding van de afwezige abonnee en het al dan niet opnemen van een bericht van de oproeper. In tegenstelling tot melders behoren ABA’s bij de particuliere apparatuur welke door een abonnee zelf wordt aangeschaft; het is apparatuur die zonder overdrager met de telefoonlijn kan worden verbonden. Daarom stellen PTT en RTT bepaalde eisen en moet een aan te sluiten ABA door haar zijn goedgekeurd.Naar gebruiksmogelijkheden kunnen de volgende typen ABA’s worden onderscheiden.
1. Apparaten die in staat zijn een telefonische oproep te beantwoorden. De oproeper hoort een melding van maximaal zestig seconden. Om zijn taak te vervullen zal zo’n ABA tenminste de volgende deelfuncties moeten bezitten:
a. het moet een gesproken tekst kunnen registreren; de ingebouwde registratieapparatuur bestaat of uit een speciale bandrecorder met een zgn. eindeloze band of uit een draaiende schijf met een magnetische laag, waarover de weergavekop kan bewegen;
b. het moet een oproep kunnen herkennen; dit kan eenvoudig gebeuren door detectie van de belspanning met behulp van een relais, opgenomen in een graetzschakeling;
c. na een herkende oproep wordt overgegaan tot het beantwoorden van een oproep, door de telefoonlijn laagohmig (< 200 Ω) af te sluiten;
d. de beantwoordingstekst wordt naar de oproeper gestuurd;
e. na een vastgestelde tijd (60 s) wordt de verbinding verbroken. Wanneer een ABA een oproep beantwoordt, wordt telefooncentraleapparatuur in beslag genomen, ook nadat de oproeper reeds heeft neergelegd. Om deze centrale-apparatuur vrij te geven is het noodzakelijk dat de ABA de verbinding verbreekt. Hiervoor is een tijdeis van 60 s gesteld.
2. Bij de ABA’s van type 1 heeft een abonnee geen enkele indicatie hoe vaak en waarom hij is opgebeld. Om hieraan tegemoet te komen zijn er ABA’s ontwikkeld die na het geven van de beantwoordingstekst omschakelen naar registratieapparatuur, teneinde ook berichten van oproepers te kunnen registreren. De aangeschakelde registratieapparatuur zal in het algemeen minimaal dertig berichten moeten kunnen verwerken. Daarom bestaat ze vaak uit een kleine bandrecorder (spoelen of cassettes); ook andere systemen worden toegepast. Bij dit type bestaan uitvoeringen met ingebouwde spraakdetector. Hiervoor geldt niet de maximale oproepduur van 60 s. De verbinding wordt verbroken, zodra gedurende 8...12 s geen spraak meer wordt ontvangen.
3. Bij eigenaars van registrerende beantwoordingsapparatuur bestaat wel de behoefte om berichten, welke tijdens afwezigheid zijn opgenomen, vanaf een willekeurige telefoonaansluiting te kunnen beluisteren. Teneinde verschil te maken tussen een gewone oproeper en de AB A-eigenaar die wil uitluisteren, zal de eigenaar een code naar het apparaat moeten sturen. Deze code kan bijv. bestaan uit een tweetoonscode die gegenereerd wordt door een kleine toonzender. Nadat de ABA zijn beantwoordingstekst heeft gegeven en overgeschakeld is op registratie kan, door de toonzender voor de microtelefoon te houden, de tooncode over de lijn gestuurd worden. De ABA detecteert deze code en stuurt alle, tot dat moment ontvangen, berichten naar de oproeper. Door de eigenaar kan daarna worden beslist of de geregistreerde berichten uitgewist moeten worden of kunnen blijven staan.