Synoniem van zitplaats

zitplaats - daartoe bestemde of ingerichte plaats waar iemand kan zitten. Bij een fiets, bromfiets of motor zit men op een zadel. Damesfietsen hebben vaak een zadel met een ronde voorkant, zodat het mogelijk is te fietsen met een vrij strakke rok aan: het rokzadel of dameszadel. De buddy-seat treffen we alleen bij brom- en motorfietsen aan: een langwerpig zadel voor twee personen achter elkaar. Wie meerijdt met de bestuurder van een brommer of motor, zet zich op de duo of duozitting. Een klein kind kan op de fiets of achter in een auto worden meegenomen in een kinderzitje of zitje.

Zie: zitmeubel.

zitplaats - zelfstandig naamwoord
uitspraak: zit-plaats

1. plaats om te zitten
♢ er zijn honderd zitplaatsen in deze bioscoop

Zelfstandig naamwoord: zit-plaats
de zitplaats
de zitplaatsen
het zitplaatsje

Tegenstellingen
staanplaats