Synoniem van kijker

kijker - optisch instrument om ver verwijderde objecten onder een grotere openingshoek te kunnen waarnemen dan met het blote oog mogelijk zou zijn. Ook gebruikt men verrekijker. In het theater zijn de spelers met een toneelkijker beter te zien; een binocle is een toneelkijker die bestaat uit een combinatie van twee kijkers. Met prisma's kan de lengte van de kijker worden verkort; er ontstaat dan een prismakijker. Buitenaardse objecten worden met een telescoop of astronomische kijker waargenomen. (Zie: radiotelescoop.) Een telescoop waarbij lenzen de beeldvorming tot stand brengen heet een refractor; die waarbij met holle spiegels wordt gewerkt, noemt men een spiegeltelescoop of reflector. Een equatoriaal is een astronomische kijker die draaibaar is om twee assen, waarvan de ene evenwijdig loopt aan de hemelas en de andere daar loodrecht op staat. De schaarkijker bezit twee objectieven in twee armen, die als een schaar kunnen bewegen. Op de loop van een vuurwapen is een vizierkijker gemonteerd, waarmee men kan richten.

Zie: bril.

kijker - zelfstandig naamwoord
uitspraak: kij-ker

1. wie naar iets kijkt of het ziet gebeuren
♢ de interviewer begroet de kijkers
2. apparaat waardoor je dingen in de verte goed kunt zien
♢ hij pakte zijn kijker om te zien wat voor vogel het was
1. in de kijker(d) lopen
[aandacht trekken]

Zelfstandig naamwoord: kij-ker
de kijker
de kijkers
het kijkertje

Synoniemen
toeschouwer