Synoniem van bezuinigen

bezuinigen - welbewust minder geld aan iets uitgeven dan tevoren. Na het werkwoord kan een bepaling met 'op' volgen: bezuinigen op uitgaven. Synoniemen: snoeien (op) en zich bekrimpen (op). Beknibbelen op gaat altijd vergezeld van een voorzetselbepaling en betekent: op een pietluttige manier op iets bezuinigen. Er staat geen bepaling bij de uitdrukking de buikriem aanhalen. Versoberen gebruik je als je door de buikriem aan te halen ook soberder gaat leven of werken. Ingrijpend bezuinigen heet in de uitgaven kappen.

bezuinigen - regelmatig werkwoord
uitspraak: be-zui-ni-gen

1. minder geld uitgeven
♢ we moeten bezuinigen op de schoonmaakkosten

Regelmatig werkwoord: be-zui-ni-gen
ik bezuinig
jij/u bezuinigt
hij/zij bezuinigt
wij/zij/jullie bezuinigen
ik/jij/u/hij/zij bezuinigde
wij/zij/jullie bezuinigden
hij heeft bezuinigd
de/het/een bezuinigde ....

Synoniemen
besparen, korten, ombuigen