Heen en weer
Ook dit is een van de zgn. tweelingspreekwoorden (vgl.: hoog en droog, lang en breed, kort en goed e.d.). ‘Weer’ is een samentrekking van ‘weder'. Eigenlijk is de zegswijze onvolledig en moet ze luide...Lees meer
Alle graan heeft zijn zemelen
Alles heeft zijn schaduwzijdeAlle graan heeft zijn zemelen
Alle goede dingen hebben ook wel een nadelige kantAlle graan heeft zijn zemelen
Niemand is zonder gebreken; ook: zelfs in de beste familie treft men wel een slecht persoon aanAlle graan heeft zijn zemelen
Niets is volkomen gaaf, volmaakt; alles heeft zijn schaduwzijdealle graan heeft zijn zemelen
alles heeft zo zijn schaduwzijde; niets is zonder gebrekenMooi weer en geen haring
Het doet zich goed voor, maar men heeft er niets aanIn (door) weer en wind
Zich niet door het weer laten beïnvloeden maar er, ongeacht de weersgesteldheid, op uit trekkenKrijg het heen en weer
Een soort verwensing die men zegt tot iemand, die vervelend is. De betekenis is niet geheel duidelijkEen gescheurde zak houdt geen graan
Wie verkwistend is, raakt zijn geld gauw kwijtAls het nipt en weer nipt
Dit is inderdaad een verbastering van ‘knijpt’, dus: als het knijpt en weer (nog eens) knijpt. Wordt gezegd wanneer iets een zgn. grensgeval betreft, wanneer iets op het kantje af isWeer of geen weer
Ongeacht de weersgesteldheid komen we of gaan we uitErgens het heen-en-weer van krijgen
Ergens zeer zenuwachtig van wordenOnder het beste graan vindt men wel onkruid
Zelfs in de beste huisgezinnen kan men wel een slecht kind aantreffenWeer bijdraaien
Deze zegswijze is ontleend aan de zeevaart. Men bedoelt er eigenlijk mee: de zeilen zó stellen, dat sommige wind vatten, andere tegenliggen, zodat het schip nagenoeg op dezelfde plaats blijft. Vandaar...Lees meer
Weer bijspijkeren
Zie: Bijgespijkerd zijnMooi weer en geen haring, zei de buisman
Het doet zich goed voor, maar men heeft er niets aanDe mensen maken de almanak en God het weer
En: De mens wikt, God beschiktDe mensen maken de almanak en God het weer
Met hoeveel voorzorg men ook handelt, de uitslag van onze ondernemingen is steeds in de handen van GodDe mensen maken de almanak en God het weer
Met hoeveel voorzorg men ook handelt, de uitslag van onze ondernemingen is steeds in Gods handenDaar zit weer voor twee-en-een-halve cent
Een ‘twee-en-een-halve-centstuk’ was tot kort na de Tweede Wereldoorlog een in omloop zijnd geldstuk, algemeen bekend als ‘vierduitstuk’. Overdrachtelijk bedoelt men met de uitdrukking: daar hangen we...Lees meer