Dat juffert wel
Hiermee wil men te kennen geven dat iets er wel mee door kan; dat, al is iets niet helemaal zoals het wezen moet, er toch wel mee volstaan kan worden. In sommige streken van ons land wordt er nog een toevoeging aan gegeven en spreekt men van: ‘Een beetje scheef, dat juffert wel’. Omtrent de herkomst van deze zegswijze lopen de meningen nogal uiteen. Sommigen willen er de bekende dunne balk of paal in zien, die het best steunt wanneer ze zo scheef mogelijk is aangebracht. Wij voelen meer voor de uitlegging (gegeven in de Navorscher van 1862), dat ‘jufferen’ in de hier bedoelde uitdrukking betekent: zwierig staan, omdat eertijds als juffer of jonkvrouw aangemerkt werden de dames van hogere stand, in tegenstelling met de vrouwen uit het volk. De bijvoeging: een beetje scheef, moet verband houden met het ouderwetse oordeel, dat wat een beetje scheef stond, ook een zwierige indruk maakte. Aan welke uitlegging men ook de voorkeur wil geven, de grondbetekenis van de zegswijze is, zoals bij vele andere, gaandeweg gewijzigd