iemand met een misvormde voet. Vandaar ook: iemand met lompe voeten.
Komt hier gy Klompvoet, ziet wat Eijeren dat gy ons hier gebragt hebt. (Boëtius a Bolswert: Duyfkens en Willemynkens Pelgrimagie tot haaren beminden binnen Jerusalem, 1627)
Dat zo’n bombariezak als Hitler ook niet z’n galstenen laat wegsnijden, en die klompvoet Goebbels ook. (Jan Mens, De kleine waarheid, 1967)