De botlektunnel is een tunnel onder de Oude Maas, verbindt Hoogvliet en Spijkenisse, bedoeld om het Europoortgebied en de Maasvlakte te ontsluiten.
Rotterdam richtte zich omstreeks 1930 op de overslag van petroleum. Er werden de Eerste Petroleumhaven en de Tweede Petroleumhaven aangelegd. Na de Tweede Wereldoorlog bleef de vraag naar aardolie en aardolieproducten stijgen. Ter bevordering van de zeehavenindustrie werd in 1947 het Botlekplan aangenomen. Daarvoor werden een deel van het eiland Rozenburg en het natuurgebied De Beer opgeofferd.
Onderdeel was de Botlekbrug waarvoor de bouw vijf jaar later werd goedgekeurd. Ze werd in 1956 geopend, maar na ettelijke jaren werd het verkeer zo druk dat het scheepvaartverkeer in de problemen kwam. In 1966 kwam er een derde rijbaan over de Botlekbrug en in 1972 werd het brugdek een meter opgevijzeld. Daardoor konden meer schepen passeren zonder dat de brug open hoefde. Nog later werden het voet- en het fietspad geschikt gemaakt voor het autoverkeer, maar desondanks bleef de brug een dagelijks obstakel.
Op 11 januari 1973 besloot de Rotterdamse gemeenteraad tot de bouw van een tunnel ten zuiden van de Botlekbrug. Omdat de tunnel niet alleen voor Rotterdam werd aangelegd, financierde het Rijk tweederde deel en Rotterdam de rest. Bewaking en onderhoud waren voor Rijkswaterstaat. De tunnel, gelegen in een 7,2 kilometer lange oost-westverbinding, werd ontworpen en gebouwd door de Rotterdamse Gemeentewerken. Zij hadden namelijk ervaring met de bouw van tunnels, zoals de Maastunnel.
