José Gonzalo Rodríguez Gacha (1947 - 1989) was een Colombiaanse drugscrimineel en bekend lid van het Medellínkartel. Hij was de rechterhand van Pablo Escobar. Zijn bijnaam was El Mexicano. Hij stond, evenals Escobar, in de lijst van Forbes met rijkste mensen ter wereld.
José Gonzalo Rodríguez Gacha kwam uit een arm gezin en maakte alleen de basisschool af. Al op jonge leeftijd had hij een meedogenloze reputatie en was hij als huurmoordenaar actief voor verschillende organisaties. Begin jaren '70 verhuisde Gacha richting Bogotá, waar hij samenwerkte met cokekoningin Verónica Rivera de Vargas.
Later vertrok hij richting Medellín, waar hij samen met de broers Ochoa, Pablo Escobar en Carlos Lehder het Medellínkartel oprichtte. Eind jaren '70 had Gacha een grote invloed binnen de organisatie en was hij verantwoordelijk voor de smokkel van cocaïne via Panama en Nicaragua. Ook bedacht hij nieuwe smokkelroutes via Mexico naar Los Angeles, Californië en Houston. Deze werkzaamheden, gecombineerd met zijn voorkeur voor scheldwoorden en de Mexicaanse cultuur, leverde hem de bijnaam El Mexicano op. Hij bezat verschillende ranches die vernoemd waren naar Mexicaanse steden of regio's. José Gonzalo Rodríguez Gacha startte ook met ''Tranquilandia'', het drugslaboratorium in de jungle van Colombia.
De oorlog tussen de Colombiaanse overheid en de drugskartels werd uiteindelijk steeds heftiger, met als gevolg de moord op presidentskandidaat Gálan, de aanslag op het vliegtuig van American Airlines en de bomaanslag op het federale hoofdkantoor van de politie. Nadat Gacha's zoon Fredy was gearresteerd, wachtten ze tevergeefs op een reactie van Gacha. Nadat deze reactie niet kwam, lieten ze Fredy gaan en volgden ze hem. Hij leidde de politie onbedoeld naar zijn vader op een landgoed in Tolú. Hier kwam Gacha op 5 december 1989 om door een kogel uit een machinegeweer van een politiehelikopter.
