antherisósus (-a, -um), - (Schima - Korth. [P. W. Korthals]), - Korthals (zie Korthalsella), de auteur der soort, verklaart den naam niet, doch vermeldt nadrukkelijk de zaagtanden der bladeren. Het woord schijnt daarom afgeleid te moeten worden van Gr. anthĕrix, naald, en te beteekenen: van naalden (langs den bladrand) ruim voorzien. Korthals sprong met de klassieke talen nog al eens op zeer vrijmoedige wijze om. Vgl. quiscosaurus.
Inloggen
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Favorieten
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen:
- Je eigen Ensie account
- Direct toegang tot alle zoekresultaten
- Volledige advertentievrije website
- Gratis boek cadeau als welkomstgeschenk