Sara Frederica Hendriks geb. Renkum (Oosterbeek) 28 juni 1846, overl. Naarden 25 maart 1925. Was gehuwd met W. G. Reedeker.
Woonde en werkte in Utrecht (Den Haag 1886) tot 1895, Den Haag tot 1896, Amsterdam (Arnhem 1897) tot 1911, Bussum tot 1913, daarna te Naarden. Leerlinge van haar vader F. H. Hendriks en prof. Sohn te Düsseldorf.
Schilderde en tekende stillevens met bloemen en vruchten, onder invloed van de I7de-eeuwse schilders, ook figuurstukken (portretten). In 1874 werd zij lid van het genootschap ‘Kunstliefde’ te Utrecht.
Tentoonstellingen Amsterdam. Arnhem en Den Haag 1874-1897: vruchten- en bloemenstillevens; dode duiven; dode vinken; een kreeft en andere voorwerpen; een zalm; meisje met papegaai; rustend oud vrouwtje; mannenportret; enz.
Rijksmuseum Amsterdam: vruchtenstilleven. Haags Gemeentemuseum: drie stillevens.
Plasschaert; Scheen; Thieme-Becker; Wurzbach.