Gepubliceerd op 21-02-2019

Hubert marie luns

betekenis & definitie

Hubert Marie Luns (‘Huib’) geb. Parijs 6 juni 1881, overl. Amsterdam 24 februari 1942.

Woonde en werkte in de hoofdstad tot J902, Brussel 1902-1908, Rotterdam 1908-1918, Den Bosch 1918-1923, daarna in Amsterdam. Maakte reizen naar België, Frankrijk, Italië en Spanje. Leerling van de Rijksnormaalschool te Amsterdam (1898-1901) en van de Rijksakademie in de hoofdstad (1901-1902), daarna studeerde hij te Brussel en Parijs.

Schilderde, tekende, etste en lithografeerde figuren, portretten en dieren. Maakte wandschilderingen, gebrandschilderde ramen, houtsneden en was tevens medailleur. Schrijver over kunst, o.m. ‘Holland Schildert’. Behaalde in 1904 de Willink van Collenprijs.

Hoofdleraar aan de Tekenakademie te Rotterdam (1908-1918), direkteur van de Kon. School in Den Bosch (1918-1923), direkteur van het Rijksinstituut tot opleiding van tekenleraren te Amsterdam (1923-1931), hoogleraar handtekenen en geschiedenis der schilder- en beeldhouwkunst aan de Technische Hogeschool te Delft, lid van de Onderwijsraad.

Gaf les aan H. P. W. M. van den Arend, F. J. J. A. Berntsen, G. B. Boevé, R. van der Borden, K. Brinks, A. Broere, J. Bouhuijs, W. G. Bijmoer, O. J. B. de Coninck, J. W. Fleur, G. C. J. Gerrits, J. H. Heesters, W. H. Heinecke, H. Kleij, J. Klijn, D. J. Korf, C. G. van Leeuwen, K. Lodder, J. M. Luttge, G. Marree, H. H. Mertens, J. A. A. van Meurs, T. E. Modderman, W. H. Mühlstaff, R. L. Pellekaan, J. M. van der Pol, L. Ponse, H. A. Ravenswaay, C. M. Roovers, J. T. Schonk, L. H. H. Schutte, L. Sengers, C. A. Severijenen, M. J. Slager, R. W. Snapper, H. Veenendaal, H. W. Veenendaal, G. van Velsen, M. C. Verheus, A. J. Verhorst, L. P. Versteeg, F. C. Weiland, J. S. A. M. van Woerkom, R. Wolterson, H. P. de Wringer, J. J. J. M. Zwijsen. Was lid van ‘Arti et Amicitiae’ te Amsterdam.

Tentoonstellingen Gent 1902 en Amsterdam 1903: portretten; de ring; ‘der Regenbogen’ ; enz.

Noordbrabants Museum Den Bosch: een portret; een tambour-maître.

Luns; Mak van Waay; Plasschaert; Thieme-Becker; Van Hall I en II; Waller.

< >