Gepubliceerd op 21-02-2019

Herman frederik carel ten kate

betekenis & definitie

Herman Frederik Carel ten Kate geb. Den Haag 16 februari 1822, overl. Den Haag 26 maart 1891. Werkzaam in deze stad tot 1867, Amsterdam tot 1868, Haarlem en van 1869 af weer in Den Haag.

Leerling van C. Kruseman (1837-1841), maakte in 1840-1841 reizen naar België, Duitsland, Italië, Frankrijk (raadgevingen van Meissonier te Parijs), daarna leerling van de Akademie v. B.K. in Den Haag (1841-1842). In 1847 werd hij lid van de Kon. Akademie te Amsterdam.

Schilderde in hoofdzaak genrestukken; bij voorkeur spelende, twistende, drinkende en plunderende krijgslieden, meestal uit de 80-jarige oorlog. Heeft tevens geaquarelleerd en gelithografeerd. In 1856 werd hij benoemd tot lid van verdienste van de Rotterdamse Akademie, ook is hij enige jaren voorzitter van ‘Arti et Amicitiae’ te Amsterdam geweest. Signeerde meestal H. of Herman ten Kate ft. Gaf les aan P. Haaxman, J. M. H. ten Kate, raadgevingen aan jhr S. M. S. de Ranitz en E. L. Verveer.

Tentoonstellingen Amsterdam en Den Haag 1839-1887: historiestukken; genrestukken (krijgslieden enz.); de rattenvanger; een beleg in 1650; werfhuis (aquarel); enz. Rijksprentenkabinet Amsterdam: tekeningen. Rijksmuseum Amsterdam: wachtkamer in de 17de eeuw (Herman ten Kate ft.) Stedelijk Museum Amsterdam: het nieuwsblad. Museum Fodor Amsterdam: een jongetje en een meisje in een kerk; het bezoek in een schilderswerkplaats (tekening in kleuren); vrolijk musicerend gezelschap (tekening in kleuren). Museum WilletHolthuysen Amsterdam: straatgevecht (sepia); 17de-eeuws binnenhuis (aquarel); wintermorgen (aquarel). Teylers Stichting Haarlem: interieur, en enkele aquarellen. Museum Boymans-van Beuningen Rotterdam: een krijgsraad ('verhoor van een spion’ in de 17de eeuw).

Stedelijk Museum Schiedam: episode uit de Franse revolutie (aquarel). Dordrechts Museum: krijgslieden in een 17de-eeuwse herberg. Museum Stania State Oenkerk: het huwelijksaanzoek. Het Nederlandse Postmuseum Den Haag: ontw. voor postzegels. Gemeente Kampen: in de gelagkamer.

Hist. Galerij I (blz. 205); Immerzeel; Kramm; Kunstkronijk 1842I43 (blz. 12, 84), 1844/ 45 (blz.. 40. 92, 96), 1845I46 (blz. 4), 1846 (blz 56. 58), 1848 (blz. 32), 1850 (blz. 18), 1851 (blz. 14), 1852 (blz. 22), 1857 (blz. 14), 1863 (blz. 18), 1864 (blz. 66), 1867 (blz. 78); Luns; Marius; Plasschaert; Scheen; Thieme-Becker; Van Hall I; Waller; Wurzbach.

< >