Gepubliceerd op 21-02-2019

Gerardus johannes bos

betekenis & definitie

Gerardus Johannes Bos geb. Leiden 9 april 1825, overl. Leiden 13 mei 1898. Leerling van J. L. Cornet, medewerker van J. P. Berghaus.

Voorna­melijk veeschilder, heeft ook geëtst en gelithogra­feerd. Gaf les aan Ch. Bos, J. E. Kikkert (later medewerker) en R. Raar.

Tentoonstellingen te Amsterdam en Den Haag: land­schappen met vee; de ezel van de vrachtrijder; beesten­markt; schaapskooi; een stier; konijnen; kippen; eenden; enkele tekeningen, w.o. in kleuren: stal met een ezel, en een oude vrouw in de bijbel lezende enz. Museum De Lakenhal Leiden: de veemarkt te Leiden (G. J. Bos); schapenstudie (G. J. B. J. en B. aaneen); drie konijnen (G. Bos); zelf­portret ; geitje: stalinterieur; jongens met een paard (aquarel); tekeningen, w.o. drie vensters. Rijksmuseum KröllerMüller Otterlo: een tekening.

Kunstkronijk 1854 (blz. 30), 1838 (blz. 42, 70), 1859 (blz. 22, 72), 1865 (blz. 54). 1873; Luns; Plasschaert; Scheen; Waller.

< >