Charles Hubert Marie Vos (‘Charles’) geb. Maastricht 8 september 1888, overl. Maastricht 19 februari 1954. Werd ook genoemd; ‘het Vöske’ of nog meer ‘Sjaarel’.
Woonde en werkte te Rolduc, Roermond, Antwerpen 1909-1914, Amsterdam 1914-1917, na W.O. I naar Parijs-Florence-Rome, vestigde zich te Maastricht. Leerling op de ateliers van dr P. J. H. Cuijpers te Roermond (ca. 3 jaar), de Tekenakademie te Antwerpen (1901-1914), (behaalde de medaille in goud voor boetseren naar de natuur), van de Rijksakademie te Amsterdam (1914-1917) o.l.v. A. J. Derkinderen en behaalde in 1917 de Prix de Rome. Studeerde later te Parijs en in Italië.
Beeldhouwer van borstbeelden, gevoelsbeelden, monumenten, en kruiswegstaties in diverse kerken (keramiek). Hij maakte o.m. het ‘Mooswiefmonument’ voor Maastricht. In de portretkunst werd hij een meester genoemd. Was leraar aan de Middelbare Kunstnijverheidsschool ter plaatse en later professor aan de Jan van Eyck-akademie aldaar. Was lid van de Nederlandse Kring van Beeldhouwers.
Gaf les aan Ch. H. W. Brouns, P. E. Daems, J. C. J. M. Dekkers, P. G. M. Driessen, H. J. van Elteren, E. J. Th. A. M. Emstede, F. M. G. H. Gast, M. Groothuis, V. L. M. van Hasselt, H. W. J. P. Hendriks, M. J. H. G. Hermans, W. van Hoorn, G. P. Paijmans, W. M. G. Rijvers, W. H. Serpenti, J. J. Sondeijker, A. J. E. Spranken, N. H. M. Tummers.
Bonnefantenmuseum Maastricht: dodenmasker van de schilder Henri Jonas (sips); enkele borstbeelden (sips) en enkele ontwerpen voor monumenten (gips).
Het Gildeboek XXI. afl. 6, december 1938: Hammacher; Mak van Waay.