Gepubliceerd op 21-02-2019

Adrianus van der koogh

betekenis & definitie

Adrianus van der Koogh geb. Middelharnis 14 februari 1796, overl. Dordrecht 19 september 1831.

Leerling van zijn neef P. Hofman. Aanvankelijk huis- en sieraadschilder.

Schilderde landschappen en vooral boomstudies; heeft ook gelithografeerd. Was lid van het Dordtse Tekengenootschap ‘Pictura’ (1798-1803).

Tentoonstellingen Haarlem 1825, Amsterdam en Den Haag 1819-1830: gezicht op een oude boom bij Kleef; gezicht op het dorp Beek tijdens een storm; Gelders landschap met watermolen; boomrijk landschap met vee; diverse bosachtige landschappen.

Museum Dordrecht: boomrijk landschap. Gemeentearchief Dordrecht: landschap met vee (zwartkrüttekening); gezicht aan de Graafstroom bij Alblas (tekening in O.I. inkt). Museum mr Simon van Gijn Dordrecht: kasteel Develstein. Gemeentearchief Dordrecht (Verz. mr S. van Gijn): enige tekeningen. Rijksprentenkabinet Amsterdam: tekening(en).

Immerzeel; Kramm; Nieuw Nederlandsch Biografisch Woordenboek IV; Scheen; Thieme-Becker; Van Hall I; Waller; Wurzbach.

< >