verdrag tussen Nederland en België dat op 9.9.1980 te Brussel werd ondertekend. Het verdrag werd in 1981 door de Vlaamse Raad en de Ned.
Tweede Kamer geratificeerd en trad op 1.4.1982 in werking. Door dit verdrag werd de Ned. Taalunie opgericht die tot doel heeft de integratie van Vlaanderen en Nederland op het gebied van de Ned. taal in de ruimste zin. De taal wordt daarbij opgevat als instrument van het maatschappelijk verkeer, van de wetenschap en van de letteren. Het verdrag richt zich voorts o.a. op de taal en de letteren als onderwerp van wetenschap, het onderwijs van de taal en de letteren, de ontwikkeling en de bevordering van de kennis en de studie van het Nederlands, een gemeenschappelijk beleid ten aanzien van spelling, spraakkunst, terminologie en woordenboeken, en de internationale verspreiding van de Nederlandse taal en letteren. Ook wordt voorzien in een gemeenschappelijk beleid met betrekking tot het aanmoedigen van particuliere initiatieven op het gebied van woordenboeken, woordenlijsten en grammatica’s.De Taalunie beschikt over vier organen, die samengesteld zijn uit Nederlanders en Vlamingen. Het beleidsorgaan is het Comité van Ministers, bestaande uit de regeringsleden belast met onderwijs en cultuur; het heeft tot taak het voorgenomen gemeenschappelijke beleid te concretiseren. Verder is er een interparlementaire commissie samengesteld uit leden van de Vlaamse Raad en de Ned. Staten-Generaal. Deze commissie is bedoeld als instantie waaraan het Comité van Ministers verantwoording verschuldigd is en zij heeft een recht van aanbeveling ten opzichte van dit Comité van Ministers. Als belangrijk adviesorgaan wordt de Raad voor de Ned.
Taal en Letteren ingesteld, waarin alle geledingen van de maatschappij die met taal te maken hebben vertegenwoordigd moeten zijn (wetenschappers, auteurs, vormingswerkers, media enz.). De Raad bestaat uit 45 leden: 15 aangewezen door de Ned. regering, 15 door de Vlaamse deelregering en 15 door het Comité van Ministers. Voor de beleidsvoorbereiding en de beleidsuitvoering is voorzien in een Algemeen Secretariaat, dat samengesteld is uit Nederlandse en Vlaamse ambtenaren.
De zetel van de Ned. Taalunie is in ’s-Gravenhage gevestigd. Als eerste algemeen secretaris werd B.J.E.M.de Hoog aangesteld.
