v., registratie, na toediening van een radioactieve stof aan de patiënt, van de door een orgaan of weefsel uitgezonden radioactieve straling.
(e) De straling kan men zichtbaar maken met een gammacamera, zodat men een afbeelding (scintigram) van het orgaan krijgt. Zo kan de bloedsomloop met behulp van scintigrafie worden onderzocht. Zowel de slagaders (arteriografie) als de aders (venografie) kan men na inspuiten van een radioactieve stof zichtbaar maken. Dit onderzoek wordt angioscintigrafie genoemd. Het onderzoek van de slagaders betreft vooral de doorbloeding van de halsslagaders om een vernauwing hierin te kunnen opsporen.
Met behulp van de scintigrafie zijn allerlei aandoeningen veel eerder op te sporen dan met röntgenonderzoek. De functie van vele organen is alleen met deze techniek te onderzoeken. Een voorbeeld van functie-onderzoek is de renografie: bepaling van de doorbloeding en de uitscheidingsfunctie van de nieren. De ontwikkeling van de emissiecomputertomografie heeft de betrouwbaarheid van de scintigrafie nog doen toenemen.
