naam van een Vlaams-Ned. multidisciplinair onderzoek dat de leefbaarheid ter discussie stelde van het gehele gebied van Zeeuws-Vlaanderen en het noorden van West- en Oost-Vlaanderen. Dit in het licht van de industriële ontwikkelingen rond de Westerschelde en de expansieplannen van de betrokken Belg. en Ned. zeehavens.
In drie wetenschappelijke symposia bracht de universitaire werkgroep, die ook talrijke medewerkers van buiten de academische milieus omvatte, naast algemeen oriënterende gegevens (1971) en basisfeiten uit de vakdisciplines (1974) een aantal ontwikkelingsmogelijkheden voor het studiegebied naar voren. Dit gebeurde aan de hand van o.a. een ecologische en een geografische kartering, en een milieuhygiënische kaart met betrekking tot water- en luchtkwaliteit. Uiteindelijk kwam men, mede na toetsing aan de officiële streek- en gewestplannen tot een alternatieve structuurschets, gebaseerd op moderne planologische inzichten (1976). Tenslotte werd in 1980 een balans opgemaakt van de al dan niet gerealiseerde doelstellingen, met bijzondere aandacht voor de problematiek van de bestaande en geplande luchthavens in Nederland en België, alsook van de havens van Gent en Zeebrugge.
