Ned. familiebedrijf op het gebied van (zee)sleepvaart, zeeonderhoudsdiensten, berging en wrakopruiming, gevestigd te IJmuiden. Bureau Wijsmuller (sedert 1973 Wijsmuller BV) ontstond in 1911 als voortzetting van in 1906 door de koopvaardijkapitein J.F.Wijsmuller te IJmuiden begonnen activiteiten, die zich als eerste ging toeleggen op het uitbrengen van de werf naar de haven van bestemming van in Nederland gebouwde en soms ook gerepareerde schepen onder eigen kracht.
In 1913 werd de eerste sleepboot gekocht; sleepboten werden vaak op eigen initiatief gebouwd en in afwachting van een koper in het eigen bedrijf ingezet. Binnen 10 jaar had hij 19 zeesleepboten, 26 havenslepers en 13 vrachtschepen met een indicateurvermogen variërend van 450—3600 pk (ca. 330—2650 kW) laten bouwen. In 1919 werd de uit 1826 daterende sleeprederij van A.D.Zurmühlen overgenomen en in 1922 was Wijsmuller de grootste (zee)sleepvaartmaatschappij ter wereld. De Tweede Wereldoorlog kostte een groot deel van de Wijsmullervloot.In 1956 werd een nieuwbouwprogramma gerealiseerd en na 1961 werden naast nieuwe zeeslepers ook bergingsvaartuigen aangekocht. Sedert 1972 is het machinevermogen sterk vergroot, en vond er een enorme uitbreiding van activiteiten plaats. Verscheidene buitenlandse kantoren werden geopend. De huidige activiteiten omvatten:
1. havendienst, nl. te Marsa el Brega (Libië) en Goedkoop Havensleepdiensten BV (lid van de Wijsmuller-Groep) met een groot aantal havenslepers in de havens van IJmuiden en Amsterdam;
2. slepen met een vloot van volledig uitgeruste slepers, indicateurvermogen 2150-14000 pk (ca. 1580-10300 kW);
3. anchorhanding, nl. het behandelen van de zwaarste ankers van booreilanden en pijpenleggers;
4. zwaar transport over zee, met vier afzinkbare zwaartransportschepen, twee (Ocean Servant-type) die gesleept moeten worden, en twee (Super Servant-type) die geheel zelfvarend zijn, een combinatie van een normaal schip en een bak;
5. onderhoudsdiensten voor de offshore industrie, installatie en onderhoud van meerpuntsboeien waarvoor beschikt wordt over het bergingsvaartuig dat tevens voorzien is van een duikstation;
6. berging en wrakopruiming.
LITT. L.J.W.H.Goedkoop, Lekko. De gesch. der sleepvaart (1951); J.H.Bolland, Slepende rijk (1968).