Friedrich, Freiherr von, Oostenrijks econoom en socioloog, *16.7.1851 Wenen, ♰23.7.1926 Brunnswinkel. Von Wieser werd in 1884 hoogleraar te Praag, in 1903 te Wenen.
Als minister van Handel (1917—19) ijverde hij voor een tolunie met Duitsland. Hij is (met C.Menger en E.von Böhm-Bawerk) de grondlegger van deOostenrijkse School. Van hem is de term grensnut. Hij besteedde als eerste aandacht aan het probleem van de verhouding van kosten en opbrengsten en de beslissende invloed die van de wensen der consumenten op de functionele inkomensverdeling uitgaat. Von Wiesers kostenbegrip luidt: kosten zijn de nuttigheden die men in een andere richting moet laten wegvallen doordat men een schaars middel een bepaalde aanwending geeft (kosten). Hij is bekend door zijn toerekeningstheorie op het gebied van de waarde, waarin hij een van Von Böhm-Bawerk afwijkend standpunt innam.
Von Wieser benadrukte dat de grondslagen van het economisch handelen gelden voor elke economische orde, gezien de onontkoombaarheid van de schaarste. Werken: Über den Ursprung und die Hauptgesetze des wirtschaftlichen Wertes (1884), Der natürliche Wert (1889), Recht und Macht (1910), Theorie der gesellschaftlichen Wirtschaft (1914), Österreichs Ende (1919), Das Gesetz der Macht (1926). Uitgave: Gesammelte Abhandlungen, door F.Hayek (1929; met biografie).
LITT. A.Menzel, F.Wieser als Soziologe (1927); W. Vleugels, Die Lösungen des wirtschaftlichen Zurechnungsproblems bei Böhm-Bawerk und Wieser (1930).