o. (-s), plaats waar op vaste tijden meteorologische waarnemingen worden verricht.
Het weerstation is uitgerust met waarnemingsinstrumenten zoals barometer, thermometer, windmeter, regenmeter. De waarnemingen kunnen voor synoptische of klimatologische of voor beide doeleinden worden verricht. De aërologische waarnemingsstations zijn uitgerust met apparatuur voor het doen van waarnemingen in de vrije atmosfeer met behulp van radiosondeballons. Op het land is een dicht net van weerstations aanwezig. Op zee worden door vele varende schepen regelmatig weerwaarnemingen gedaan. Bovendien zijn op vaste punten weerschepen gestationeerd.
Verder zijn er drijvende weerstations op ijseilanden in de Noordelijke Ijszee. Voor afgelegen of moeilijk toegankelijke gebieden heeft men automatische weerstations ontworpen met zelfregistrerende instrumenten.
