Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 31-01-2022

Twaalftoontechniek

betekenis & definitie

v., (ook: dodecafonie), muzikale compositietechniek, gebaseerd op het gebruik van een (twaalftoon)reeks.

Een reeks is een schikking van de twaalf tonen van de chromatische toonladder, zodanig, dat elk van de twaalf er éénmaal in voorkomt. Het aantal mogelijke reeksen bedraagt 479.001.600. In een twaalftooncompositie is het toonhoogtemateriaal, zowel melodisch als harmonisch, in principe van één reeks afgeleid. De regels die aan de hantering van de reeks ten grondslag liggen kunnen van componist tot componist verschillen. Bij A. Schönberg waren 48 varianten van de grondvorm van de reeks mogelijk: de grondvorm zelf, de omkering (spiegeling van de intervalstructuur), de kreeft (de reeks van achter naar voren), en de omkering van de kreeft; elk van deze vormen is bovendien elf maal transponeerbaar.

De twaalftoontechniek, zoals Schönberg haar voor het eerst formuleerde, kan worden beschouwd als een rationalisering van een aanvankelijk intuïtief streven naar gelijkberechtiging van de twaalf tonen van de chromatische toonladder. Schönberg noemde dit een compositiemethode van twaalf tonen die niet op één grondtoon zijn betrokken. Twaalftoontechniek houdt niet altijd atonaliteit in. De vroegste voorbeelden van dodecafonische muziek zijn Schönbergs Fünf Klavierstücke, Serenade en Suite (alle 1923). De dodecafonische techniek en de daarbij behorende muzikale stijl(en) werden verder ontwikkeld door Schönbergs leerlingen A. Webern en A. Berg en diende als fundament voor de latere serietechniek.

LITT. R. Leibowitz, Schoenberg et son école (1947); G. Perle, Serial composition and atonality (1962); H. Eimert, Lehrbuch der Zwölftontechnik (3e dr. 1966).

< >