in de prehistorie Griekse stad in Argolis, ten noorden van Nafplion (Nauplia). Tiryns is bekend door opgravingen, het eerst door Schliemann (1884-85).
De akropolis van Tiryns is een vrij lage heuvel (maximaal 26 m). Van de Helladische beschaving (2500 v.C.-2200 v.C.) dateren resten van een groot rond gebouw (diameter 27,90 m, dikte van de muurfunderingen 4,70 m), dat mogelijk als vorstelijke woning of gemeenschappelijke graanopslagplaats heeft gediend. Beter bekend zijn de burcht en het paleis uit de Laathelladische of Mykeense periode (Mykeense beschaving). De burcht, in fasen vanaf ca. 1400 v.C. tot stand gekomen, omvatte een bovengedeelte (met het paleis), een middenstuk, en een benedengedeelte (vluchtburcht voor de omwonenden). De toegang tot het paleis op de bovenburcht, met het centrale megaron, was door een gecompliceerd stelsel van poorten, gangen en binnenplaatsen beveiligd. Van het paleis is de plattegrond goed bewaard.
Tevens zijn belangrijke fragmenten van fresco’s gevonden. Binnen in de -ycyclopische muur, opgetrokken uit steenblokken tot 30 t, bevonden zich galerijen en kazematten. Het paleis van Tiryns is waarschijnlijk in de 12e eeuw v.C. verwoest.
LITT. G.E.Mylonas, Mycenae and the Mycenaean age (1966); E.Jantzen, Führer durch Tiryns (1975).