Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 31-01-2022

Schulz, johann abraham peter

betekenis & definitie

Duits componist, dirigent en muziektheoreticus, *31.3.1747 te Lüneburg, ♱10.6.1800 te Schwedt. Schulz was van 1780—87 dirigent aan het hof van prins Heinrich van Pruisen te Rheinsberg en werkte van 1787—95 te Kopenhagen, waar hij een belangrijke plaats in het muziekleven innam.

Hij was in zijn tijd een bekend componist van opera’s, oratoria en vooral van liederen, die hij als eerste in de stijl van volksliederen schreef. Deze liederen (waaronder Der Mond ist aufgegangen en Alle Jahre wieder) worden nog steeds gezongen. Composities: ❖ liederen: ● Gesänge am Klavier (1779), ● Lieder im Volkston (3 dln. 1782—90), ● Religiöse Lieder und Oden aus den besten deutschen Dichtern (1786); ❖ opera: ● La fée Urgèle (1782), ● Le barbier de Séville (1786), ● Höstgildet (1780); ❖ oratorium: ● Des Erlösers letzte Stunde (1794). LITT. H.Gottwaldt, J.A.P.Schulz (1955); E. Schmitz, Unverwelkter Volksliedstil (1956).

< >