Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 31-01-2022

Sapfo

betekenis & definitie

Grieks dichteres, 6e eeuw v.C., Mytilene (Lesbos). Sapfo had een kring van meisjes uit de gegoede stand om zich heen, die zij onderrichtte en tot wie zij vele van haar liederen richtte.

Haar verhouding tot deze meisjes was ongetwijfeld homoerotisch getint (de term lesbische liefde is ingegeven door de naam van het eiland Lesbos waarop Sapfo woonde). Sapfo is de belangrijkste dichteres van de Griekse letterkunde en, naast Alkaios, de voornaamste vertegenwoordigster van de monodische, door de lier begeleide, lyriek in Aiolisch dialect. Van haar door de Alexandrijnse filologen in 9 boeken ingedeelde liederen zijn ruim 250 fragmenten bewaard gebleven, waaronder een dozijn langere. De meeste gaan over de liefde en de daardoor opgewekte emoties. Naast andere versmaten gebruikt Sapfo graag de naar haar genoemde sapfische strofe ('metriek). In haar poëzie, die een grote vormschoonheid bezit en doortrokken is van overtuigende innigheid, is de dichteres bijna steeds persoonlijk aanwezig, maar dit sterk persoonlijke accent gaat gepaard met een meditatief element, dat achter het persoonlijke het algemene zoekt.Sapfo werd al in de oudheid zeer bewonderd; zij werd nagevolgd door Romeinse dichters als Catullus en Horatius, en ook door moderne dichters als Boutens. Vanaf de oudheid tot in de moderne tijd was zij ook voorwerp van legendevorming en romantiserende fictie. Uitgaven: PoetarumLesbiorum fragmenta, door E.Lobel en D.Page (1955); door

M.Treu (1954; 4e dr. 1968); door E.M.VoigtHamm (1971); Ned. vert. door P.C.Boutens (1928; 2e dr. 1943).

LITT. C.M.Bowra, Greek lyric poetry from Alcman to Simonides (2e dr. 1961; p.176—240); E. Mora, Sappho. Histoire d’un poète et traduction intégrale de I’oeuvre (1966).

< >