Gerrit Thomas, Ned. architect, *24.6. 1888 Utrecht, ♰25.6.1964 Utrecht. Rietveld was eerst leerling-meubelmaker bij zijn vader, daarna ontwerper bij juwelier C.J.Begeer en van 1911-19 zelfstandig meubelmaker.
Hij begon in 1911 zijn architectuurstudie bij P.J.C.Klaarhamer te Utrecht. Door o.a. R. van ’t Hoff kwam Rietveld in contact met De Stijl, waarvan hij van 1919-31 deel uitmaakte. Zijn eerste meubelontwerpen zijn te beschouwen als ruimteplastieken, gemaakt uit machinaal vervaardigde onderdelen. In 1921 ging hij samenwerken met de interieurontwerpster T. Schröder-Schräder.
Zij ontwierpen in 1924 het Schröderhuis te Utrecht. Rietveld behoorde tot de stichters van de Congrès Internationaux d’Architecture Moderne. Sinds 1928 werkte hij als architect in Nederland, Duitsland, Oostenrijk, Italië, Frankrijk, België, Curaçao en de VS. Rietveld heeft grote invloed gehad op de ontwikkeling van de Ned. architectuur, m.n. door de nadruk die hij legde op functionele en constructieve elementen. In 1960 associeerde hij zich met de architecten J.van Dillen en J. van Tricht. Rietveld ontwierp verscheidene woonhuizen en -blokken te Utrecht. Andere ontwerpen van zijn hand zijn een reeks meubelen volgens de principes van De Stijl (de zgn. rietveldmeubelen; sinds 1918), winkelpand Wessels (Utrecht; 1920; verbouwd), muziekschool (Zeist, 1932), winkelpand Metz (Amsterdam. 1938; gewijzigd), zomerhuis Verrijn-Stuart (Breukelerveen, 1941), Ned. paviljoen Biënnale Venetië (1954), paviljoen Sonsbeek (1955; afgebroken en in 1965 herbouwd op het terrein van het Kröller-Müller-museum op de Hoge Veluwe), textielfabriek (Bergeyck, 1956), Julianahal (Utrecht, 1956), Academie voor Beeldende Kunsten (Arnhem, 1957), Rietveldacademie (Amsterdam, 1957), expositiegebouw Zonnehof (Amersfoort, 1959), Rijksmuseum Vincent van Gogh (Amsterdam; bouw voltooid in 1973).LITT. T.M.Brown, The work of G. Rietveld (1958); A.Buffinga, G.T.Rietveld (1971); cat. tent. G.Rietveld, architect, Stedelijk Museum, Amsterdam (1971-72).
