Jean, Frans dichter, *4.2.1849 Médéa (Algerije), ♱ 12.12.1926 Parijs. Richepin vocht in de oorlog van 1870 tegen de Duitsers, waarna hij zich op Montmartre vestigde en zich in de journalistiek begaf.
Hij maakte deel uit van de groep Les Vivants, die vooral haar onderwerpen zocht onder het eenvoudige volk en de maatschappelijk misdeelden. Zijn eerste bundel in de traditie van François Villon werd in strijd geacht met de goede zeden en bezorgde hem gevangenisstraf. Werken: poëzie: Les chansons des gueux (1876), Les caresses (1877), Les blasphèmes (1884), Mes paradis (1894); toneel: La glu (1883), Le flibustier (1888), Par le glaive (1892), Le chemineau (1897).