[Gr. Peiraieus], Griekse stad in de nomos Attika, voorhaven van Athene, op het schiereiland Piraeus, 405500 inw.
De antieke haven Mounichia is nu een jachthaven. Piraeus is door drie spoorwegen met het 8 km verwijderde Athene en vandaar met het verdere Griekse spoorwegnet verbonden, heeft een uitstekende haven en is de belangrijkste invoerhaven van Griekenland. Belangrijke rederij. Industrie: scheepsbouw, katoenspinnerijen, kunstzijde, machines, cement, glas, papier, likeur, olie en zeep. Hoofduitvoerhaven van olijven en olijfolie.Invoer van granen, hout, steenkolen en vis.
GESCHIEDENIS
Piraeus werd in 493 v.C. als militaire basis en oorlogshaven gesticht door Themistokles. Van 461 v.C.—456 v.C. verbond Perikles de basis door de ‘lange muren’ (lengte 6400 m, tussenruimte 180 m) met Athene, zodat één vestingcomplex ontstond. Daardoor was bij belegering o.a. de aanvoer van graan mogelijk. De muren werden in 404 v.C. door Sparta verwoest, maar in 393 v.C. door Konoon weer opgebouwd. Piraeus werd in 86 v.C. door de Romeinse veldheer Sulla verwoest; het werd herbouwd, maar herwon niet meer zijn oude positie. Van 1456—1829 was de stad Turks, raakte volkomen in verval, maar werd daarna weer een belangrijke haven.
LITT. C.T.Panagos, Le Pirée (1968).