Sándor, eigenlijk: Sandor Petrovic, Hongaars dichter, *1.1.1823 Kiskörös, (gesn.) 31.7. 1849 Fehéregyhaza. Petöfi leidde een zeer bewogen leven.
Hij bereisde Hongarije en werkte bij een toneelgroep. Zijn in 1844 verschenen bundel eenvoudige gedichten met motieven uit de volkspoëzie maakte hem ineens beroemd. Zijn liefde voor Julia Szendrey, die zijn vrouw werd, verrijkte de Hongaarse litteratuur met hartstochtelijke liefdespoëzie. Na 1846 werd zijn poëzie steeds revolutionairder, waarbij hij putte uit het Hongaarse verleden. In 1846 werd hij de leider van de radicale intelligentsia die het voorbeeld van de Weense Revolutie wilde volgen en van Hongarije een vrije staat maken. De teleurstellingen van die tijd verwerkte Petöfi in het epos Az apostol, zijn meest romantische werk.
Werken: Versek (2 dln. 1844), A helység kalapaccsa (1844; De smid van het dorp), Janos vitéz (1845; Held Jan), Versei (1846), Az apostol (1848; De apostel). Uitgaven: Verz. werken (3e dr. 1973); Gedichte, door M.Remané (1973; Du. vert.).
LITT. G.Illyés, Petöfi (3e dr. 1963; Du. vert. 1967); B.Köpeczi, S.Petöfi (1973; met bibl.).