Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 13-12-2021

Pavia

betekenis & definitie

Italiaanse stad, hoofdstad van de gelijknamige prov. (2965 km2, 529700 inw.), 85700 inw. Handelscentrum met belangrijke industrie: gieterijen, petroleumraffinaderij, machinebouw, textiel-, levensmiddelenindustrie en chemische nijverheid, naaimachinefabriek.

Universiteit (1361). De belangrijke gebouwen zijn de kathedraal (gedeeltelijk 15e-eeuws), de San Michele en de San Pietro in Ciel d’Oro (beide 12e eeuw), en het kasteel van de Visconti (14e eeuw).geschiedenis. Het Romeinse Ticinum was onder de Langobarden (6e—8e eeuw) hoofdstad van hun rijk, met de naam Pavia of Papia. In 1004 werd de Duitse koning Hendrik II te Pavia tot koning van oipstand; bij de onderdrukking hiervan ging het grootste deel van Pavia in vlammen op. Tot ca.1250 was Pavia een bolwerk van de Ghibellijnen. In 1359 werd Pavia bij Milaan gevoegd en kwam daardoor onder het bestuur van het geslacht Visconti. In 1447 maakte Francesco i Sforza zich meester van Pavia.

Bekend is de Slag bij Pavia (1525), waarbij de Fransen, die Pavia belegerden, bij verrassing werden verslagen en Frans I krijgsgevangen werd gemaakt Vrede van Madrid). In 1797 kwam Pavia aan de Cisalpijnse Republiek, in 1814 aan het Lombardische-Venetiaanse koninkrijk en in 1859 aan Sardinië.

< >