(warmde op, heeft en is opgewarmd),
1.opnieuw warm maken (m.n. van eten of drinken): een kliekje opwarmen ; opgewarmd eten is niet smakelijk; (scherts.) een opgewarmd lijk, een saaie, duffe vent;
2.weer ter sprake brengen (wat reeds afgehandeld of wat bijna vergeten is):dat is opgewarmde kost, hiervan hebben wij al dikwijls gehoord;
3. voor een wedstrijd enige oefeningen doen.