v. (-s), landbouwwerktuig voor het
langs machinale weg oogsten van landen tuinbouwgewassen.
Oogstmachines zijn, afhankelijk van het gewas, zeer uiteenlopend van constructie. Men kent in Europa oogstmachines voor gras, granen, vlas, diverse zaderijen, aardappelen, suikerbieten, wortelen, Stoppelknollen en uien. Voor gewassen waarvan de vruchten gevoeliger zijn, zoals andijvie, sla, frambozen, appelen, peren, pruimen, kersen, heeft men sinds kort ook oogstmachines ontwikkeld.