v. (-s), machine die de deeltjes van twee of meer stoffen zo langs elkaar beweegt, dat een zo gelijkmatig mogelijke verdeling van de verschillende soorten deeltjes over het mengsel ontstaat.
De aggregatietoestand en de verdere fysische eigenschappen van de stoffen spelen bij de keuze en constructie van de mengmachine de hoofdrol. Dikwijls hebben tegelijk met het mengen ook andere bewerkingen plaats, b.v. malen, kneden, drogen, transporteren (mengbeker). Het mengen kan discontinu en continu geschieden.
Voor vaste stoffen worden veelal mengtrommels gebruikt, dit zijn langzaam om een horizontale as draaiende trommels, waarin door de wrijving de stoffen aan de wand mee omhoog genomen worden tot zij, op een bepaalde hoogte gekomen, terugglijden of -vallen. De werking kan versterkt worden door schoepen aan de wand, door een schuinstaande cilinder of door op een as gemonteerde schroefbladen. Het mengen heeft continu plaats en kan tevens gecombineerd worden met transport. Een veel toegepast meng-maalapparaat is de koldermolen. Een variatie hiervan is de tegenstroom-mengmachine, een draaiende metalen schotel, waarover mengschoepen in tegengestelde richting draaien. De as, waarop de schoepen zijn bevestigd, is excentrisch geplaatst ten opzichte van de schotel.
Voor het mengen van vaste stoffen met weinig vloeistof, waarbij een taai mengsel ontstaat, worden kneedmachines gebruikt. In de rubberindustrie gebruikt men geribde walsen met verschillende snelheden. Voor het mengen van vaste stoffen met vloeistoffen worden talrijke roerwerken (waaronder droogmachines) gebruikt. Een nieuw type is een V-vormige om een horizontale as draaiende container. De te mengen componenten vallen te zamen in de punt en worden daarna terug over twee porties verdeeld in de twee benen. Mengen kan tevens geschieden door het inblazen van samengeperste lucht door geperforeerde buizen of door koken, waarbij de dampbellen dezelfde rol als de lucht spelen.
Gassen en vloeistoffen kunnen gemengd worden door inblazen van het gas in de vloeistof (aëratie), waarbij men, om het gas in fijne belletjes te verdelen, het soms door platen van poreuze steen perst, of door de vloeistof in het gas fijn te verdelen door injecteurs, sproeiers, torens met latwerk e. d. Voor het mengen van gassen maakt men gebruik van exhausters en van kanalensystemen, waarin door herhaalde richtingsveranderingen een goede menging optreedt. .
