Frans antropoloog, *28.11.1908 Brussel. Lévi-Strauss studeerde filosofie en rechten te Parijs.
Van 1934—37 was hij hoogleraar sociologie te Sao Paulo en verrichtte hij volkenkundig onderzoek onder enkele Braziliaanse Indianenstammen. In 1941 kreeg hij een functie aan de New School for Social Research te New York, in 1948 keerde hij terug naar Parijs, waar hij in 1959 hoogleraar werd aan het Collége de France. Onder invloed van R. Jakobson heeft Lévi-Strauss de structuralistische methode toegepast op de antropologie (structuralisme). Zoals een taal een beperkt aantal spraakklanken kiest uit alle mogelijke, zo zijn in een menselijke cultuur slechts enkele mogelijkheden van een in theorie onbeperkt aantal samengebracht. En, zoals talen elk een eigen structuur hebben (klanken, regels), zo heeft ook elke samenleving een structuur (o.a. verwantschapsrelatie, wederkerigheidsprincipes, mythologie).
Zoals een taalgebruiker correct de grammatica van zijn taal hanteert (ook als hij die niet bewust geleerd heeft), zo is ook de deelhebber aan de cultuur van een bepaalde samenleving zich niet bewust van de structuur van die cultuur. Hij is dan ook gewoonlijk niet in staat deze structuur zelf te onderkennen. In Mythologiques toont Lévi-Strauss aan dat aan de mythen een onbewuste logica ten grondslag ligt. De primitieve cultuur verschilt in wezen niet van de moderne westerse.Werken: Les structures élémentaires de la parenté (1949), Tristes tropiques (1955; Ned. vert. Het trieste der tropen, 1962), Anthropologie structurale (2 dln. 1958), La pensée sauvage (1962; Ned. vert. Het wilde denken, 1968), Le totémisme aujourd’hui (1962), Mythologiques (4 dln. 1964-71), La voie des masques (1976).
LITT. J.P.B.de Josselin de Jong, Lévi-Strauss theory on kinship and marriage (1952); Y.Simonis, C.Lévi-Strauss ou la passion de 1inceste (1968); E. Leach, C.Lévi-Strauss (1970); E.N.Hayes en T. Hayes, C.Lévi-Strauss, the anthropologist as hero (1970); H.Bostoen, De antropologie van C.Lévi-Strauss (diss. 1973).