[Gr. lethargeia, slaperigheid], v.,
1. een aanhoudend verlaagd bewustzijn, zoals dat na uitputtende ziekten kan voorkomen;
2. (fig.) toestand waarin de geest alle activiteit mist. Bij lethargie is het zeer moeilijk de patiënt te wekken. Is hij eenmaal wakker, dan slaapt hij onmiddellijk weer in. Zie slaap.