I. (worstelde door, heeft en is doorgeworsteld),
1. worstelend dringen door: zich doorworstelen;
2. worstelend, (fig.) met moeite, grote inspanning het einde bereiken van: een vervelend boek doorworstelen; slechte tijden doorworstelen;
II. (doorworstelde, heeft doorworsteld), door worstelen, al worstelend te boven komen.