Ned. gemeente in de prov. Utrecht, ten zuidoosten van Driebergen, 22,26 km2 (m.n. zand en klei), 11580 inw.; 42 % n.h., 13 % r.k., 12,5 % geref.,11% overige en 21,5 % g. kerkg.
De gemeente omvat het dorp Doorn, een aantal buitenplaatsen en landgoederen (De Kaapse bossen, Huize Doorn). Doorn is een aantrekkelijke recreatieen woongemeente (veel natuurschoon, 1200 ha bos). Er zijn kampeercentra (de Bonte Vlucht, de Maarnse Berg, het Grote Bos), verzorgingsen verpleegtehuizen en een militair revalidatiecentrum. De vele instellingen in Doorn bieden een belangrijke werkgelegenheid in de dienstensector. Naast de bossen (met b.v. het Doornse gat) en het natuurbad worden vele bezoekers getrokken door bezienswaardigheden: het middeleeuwse Huize Doorn (zie Doorn, Huize); Sonheuvel (Maarten Maartenshuis); de ridderhofstad Moersbergen (16e—17e eeuw) en de ned. hervormde kerk (met delen uit de 12e—15e eeuw).
GESCHIEDENIS
Doorn (oudtijds Thornhem of Thorheim) wordt reeds vermeld in 838. Aan het eind van de 12e eeuw is het een bezit van het Utrechtse domkapittel. In 1322 werd Doorn geplunderd en verbrand op bevel van graaf Willem III van Holland, wegens onenigheid over de benoeming van een bisschop. In hetzelfde jaar werd begonnen met de bouw van een sterkte (Huize Doorn). In 1420 werd Doorn opnieuw platgebrand.