Italiaans componist, *17.2.1653 Fusignano (bij Ravenna), 8.1.1713 Rome. Corelli, violist, ging ca. 1675 naar Rome, werkte van 167981 in Duitsland en vestigde zich in 1681 voorgoed in Rome.
Corelli is de meester van het klassieke vioolspel; hij bracht de techniek ervan tot grote hoogte. Zijn composities munten uit door verfijnde, zuivere cantabiliteit; zij zijn om hun evenwichtige vormschoonheid veel nagevolgd. Belangrijk zijn vooral Corelli’s concerti grossi, de eerste werken van de zgn. ‘stille concertato’, die zo volmaakt van compositietechniek zijn, dat zij alle barokcomponisten tot voorbeeld hebben gediend. Corelli had grote invloed op Torelli, Dall’Abaco, Vivaldi en vooral Handel. Composities: 48 triosonates (op. 1, 1681; op. 2, 1685; op. 3, 1689; op. 4, 1694); 12 vioolsonates (1700); 12 concerti grossi (op. 6, 1714), met o.a. het bekende Weihnachtskonzert. Litt. M.Rinaldi, A.Corelli (1953); M.Pincherle, Corelli et son temps (1954).
