v., een rekenkundige notatie waarin negatieve getallen door positieve worden weergegeven.
De complementnotatie wordt gebruikt in rekenapparatuur om aftrekkingen door een optelprocedure te verrichten. Het complement c voor het getal a ten opzichte van getal b wordt weergegeven door c = ba. Voor de complementnotatie wordt voor b gebruikt:
1. het grootste getal dat normaal genoteerd kan worden op de beschikbare cijferplaatsen, dan wel
2. één meer dan dit getal. Deze keuze wordt bij de realisatie van een bepaald rekenapparaat eenmalig vastgelegd. Zo is indien het aantal beschikbare cijferplaatsen 5 is b = 99999, het zgn. negen-complement, of b = 100000, het zgn. tiencomplement. Het getal a = -01259 wordt daarbij weergegeven als 98740 (= c) resp. 98741 (= c).
Teneinde positieve van negatieve getallen te kunnen onderscheiden, wordt het bereik van de positieve getallen gehalveerd. In dit voorbeeld representeren dus de opklimmende getallen 50000 tot en met 99999, gevolgd door 00000 tot en met 49999, voor negencomplement: -49999 tot en met -0 gevolgd door +0 tot en met 49999, en voor tien-complement: -50000 tot en met -1 gevolgd door 0 tot en met 4999
9. Het negencomplement is eenvoudiger te vormen en heeft een symmetrisch bereik. Het heeft echter twee representaties voor nul, hetgeen de rekenregels compliceert. Het tien-complement heeft slechts één nulrepresentatie maar heeft ongelijk bereik. Zo is bij vijf-cijferplaatsen 50000 de tiencomplementnotatie van -50000 en kan +50000 in dit getalsysteem niet worden weergegeven.
Een voorbeeld van aritmetiek met complementnotatie:
37239 01259 = 35980
in tien-complement het equivalent 37239 + 98741 = 35980 terwijl in negen-complement het equivalent wordt 37239 + 98740 = 35979.
complementaire kleuren volgens de spectrale hoofdkleuren. Artikel p.225 Dit laatste resultaat moet nu nog verder bewerkt worden. Bij de optelling ontstaat in feite het antwoord 13597
9. Daar het aantal cijferplaatsen tot vijf beperkt is, kan de linker één (de zgn. overdracht) niet meer worden weergegeven. Bij deze optelling zijn dus de getallen 99999 en 00000 gepasseerd, die beide in het negencomplement de waarde nul hebben. Er moet derhalve nog een 1 bij het resultaat worden gevoegd.
Dit is vervat in de rekenregel dat de overdracht uit de hoogste plaats bij de laagste plaats gevoegd moet worden. Het uiteindelijke resultaat wordt dus 35979 + 1 = 35980.
In het bovenstaande is de complementnotatie verklaard met behulp van het decimale talstelsel. Deze notatie is echter ook toepasbaar in andere talstelsels, zoals het tweetallige of binaire stelsel. De twee complementmethoden heten in het binaire stelsel het één-complement resp. het twee-complement. Zij worden op overeenkomstige wijze gevormd als het negen resp. het tien-complement. Zowel bij één als bij twee-complementnotatie kan het linker binaire cijfer of bit van een getal als tekenbit worden opgevat. Het tekenbit is 0 voor positieve getallen en 1 voor negatieve. Voor de binaire getalrepresentatie wordt in hedendaagse computers vrijwel uitsluitend het twee-complement toegepast.