[Lat.], v. (mv.), voor een burgerlijke nederzetting in de Romeinse keizertijd in de nabijheid van een legerkamp.
In de canabae konden de soldaten inkopen doen en vertier vinden; vaak hadden zij er vrouw en kinderen, bleven er na hun diensttijd wonen en leefden er van de opbrengst van omliggende landerijen.
LITT. R. MacMuller, Soldier and civilian in the later Roman empire (1963).