v. (-sen), overbruggingsklas tussen lager en voortgezet onderwijs.
De brugklas (officieel: gemeenschappelijk eerste leerjaar), is in Nederland volgens de Wet op het Voortgezet Onderwijs van 1963 (zgn. Mammoetwet) de eerste klas van het voortgezet onderwijs, in het leven geroepen om een betere aansluiting te bewerkstelligen tussen basisonderwijs en voortgezet onderwijs. Soms breidt men de brugklas uit tot een gemeenschappelijk tweede leerjaar. Aan het eind van de brugklas moet de leerling de keuze doen welke richting hij in het voortgezet onderwijs zal vol- gen. De brugklas vormt altijd de basis van een scholengemeenschap, maar kan ook aan afzonderlijke scholen zijn verbonden. In de wet zijn de vakken van de brugklas omschreven; deze zijn gericht op bevordering van de horizontale doorstroming.