Willi, Duits schrijver, *2.5.1901 Hamburg, ♱27.10.1964 Berlijn. Met Becher en Brecht geldt Bredel in de DDR als de belangrijkste naoorlogse schrijver.
Na de arbeidersopstand van 1923 in Berlijn verbleef hij twee jaar in de gevangenis. Van 1933-34 was hij geïnterneerd in het concentratiekamp Fuhlsbüttel, nadat hij veroordeeld was tot dwangarbeid op beschuldiging van ‘litterair hoogverraad’, vanwege zijn redacteurschap van de Hamburger Volkszeitung sinds 1928.
Bredel ontsnapte. Als emigrantenschrijver (zie emigrantenlitteratuur) publiceerde hij de neerslag van zijn gevangenschap, Die Prüfung, in 1946 in Duitsland.
Deze socialistisch-realistische sleutelroman vertelt hoe, zelfs in de greep van de (met naam en toenaam genoemde) ‘nazi-beulen’ onder de gevangenen nog politieke verdeeldheid heerst en hoe dit zijn weerslag vindt in gebrek aan solidariteit. Van 1936-39 gaf hij met Brecht en Feuchtwanger in Moskou het litteraire maandblad Das Wort uit, daarnaast nam hij als oorlogscommissaris aan de Spaanse Burgeroorlog deel.
In de trilogie Die Väter (1943), Die Söhne (3e dr. 1963) en Die Enkel (1953) schetste Bredel de geschiedenis van zijn eigen proletarische familie sedert 1871, die representatief geacht wordt voor het bewustwordingsproces van de arbeidersklasse in Duitsland. In de romantrilogie Ein neues Kapitel (1959— 64) leverde hij een litteraire bijdrage tot de opbouw van de DDR.
Uitgave: Verzamelde werken (1961— 73).
LITT. L.Bock, W.Bredel (1964).