Peter, Duits architect, *14.4.1868 Hamburg, 127.2.1940 Berlijn. Behrens was oorspronkelijk schilder; na 1890 legde hij zich, onder invloed van William Morris, toe op de kunstnijverheid.
In 1901 bouwde hij te Darmstadt zijn eigen huis in duidelijk verstrakte art-nouveauvormen. Hij was directeur van de kunstnijverheidsschool te Düsseldorf (1903—07) en in 1907 werd hij architect en industrieel vormgever bij AEG te Berlijn. Zijn turbinefabriek (1909) voor de AEG is het eerste gebouw in staal en glas in Duitsland.Behrens’ werken van ca. 1910—20 vertonen de invloed van het neoclassicisme (Duitse ambassade te Sint-Petersburg, kantoorgebouwen voor Mannesmann te Düsseldorf en Continental te Hannover). Beïnvloed door het expressionisme is zijn gebouw voor Farbwerke Hoechst (1920-24). Daarna sloot hij zich meer aan bij de internationale stijl (Weissenhofsiedlung, Stuttgart). Met Alexander Popp bouwde hij de Peter Behrens. Boven: plafond van de grote hal van de Farbwerke Hoechst te Hoechst-am-Main, 1920—24.
Onder: ABG-turbinefabriek te Berlijn, 1907 staatstabaksfabriek te Linz (1930). In 1922 werd hij directeur van de afdeling bouwkunde aan de academie te Wenen en vanaf 1936 leidde hij de afdeling bouwkunde van de kunstacademie te Berlijn. Op zijn bureau werkten o.a. Mies van der Rohe, Le Corbusier en Gropius.
LITT. F.Hoeber, P.Behrens (1913); P.J.Cremers, P.Behrens (1928); K.M.Grimme, P.Behrens und seine Wiener akad. Meisterschule (1930); N. Pevsner, Pioneers of modern design (3e dr.1960).