[Chinees, mensenwortel], m./v./o., preparaat bereid uit de wortel van Panax ginseng uit de familie Araliaceae.
© Panax ginseng is inheems in de oerwouden van Noord-Korea, Mantsjoerije en de kustgebieden van de Grote Oceaan. De plant vormt een 20-60 cm lange stengel met ahornachtige, langgesteelde, handvormige bladeren. De bloemen zijn onaanzienlijk, de bessen rood. De wortel kan 8-12 cm dik worden. Als de plant 6-8 jaar oud is, graaft men de wortel uit, die in de buitenlucht wordt gedroogd. Omdat de vraag groter is dan het aanbod wordt de Panax ginseng ook gekweekt. Dat vergt veel tijd en verzorging, waardoor voor ginsengwortels zeer hoge prijzen moeten worden betaald.
Het werkingsmechanisme van de ginsengwortel en ervan afgeleide preparaten is nog onvoldoende bekend. Wel staat vast dat ginseng invloed heeft op de stofwisseling door een algemene prikkelende werking op het lichaam. Het afweersysteem wordt gemobiliseerd, de weerbaarheid tegen ziektenverwekkers wordt groter; het genezingsproces wordt versneld. Ginseng bevat o.a. glycosiden, etherische olie, saponinen, vitamine en B2, maar geen specifiek werkzame stoffen, die de opwekkende werking voldoende zouden kunnen verklaren.