Woordenboek van Neologismen

Marc de Coster (1999)

Gepubliceerd op 08-06-2017

Faction

betekenis & definitie

Faction - (Eng.; woordspeling met facts en fiction), fictie, gebaseerd op ware gebeurtenissen; docudrama. De grens tussen werkelijkheid en verzinsel is vaak moeilijk te trekken. Kan zowel een literair genre zijn als een filmtechniek. Tegenwoordig duikt ook de vertaling factie op.

Literaire vermenging van fictie en feit, in het Amerikaans ‘faction’ geheten, is in - maar waarom doen zoveel vrouwen (Nolthenius, Van Aschs) het ineens, en zijn het bijna altijd de levens van wie slechter afzijn dan zijzelven? Opzij, februari 1989

Afgezien van de stijl, die in zijn effectbejag soms te ver doorschiet, is ‘De laatste Nederlandse man’ een interessant en intrigerend boek. Het opent op een faction-achtige manier: in de hoop iets te vinden over rellen tijdens de op 17 februari 1935 gespeelde voetbalwedstrijd Nederland-Duitsland raadpleegt de ikfiguur de archieven, waarbij hij stuit op het dossier van een onopgehelderde verdwijning. HP/De Tijd, 29-10-93

Faction: Samentrekking van het Engelse facts en fiction, feiten en verzinsel. Nieuw (?) genre in de literatuur waarbij moeilijk de lijn kan worden getrokken tussen werkelijkheid en verzinsel. Jef Coeck: Nieuwsspraak. Een zakwoordenboekje, 1994

En zo gaat Nederland onvervaard het volgende millennium tegemoet, waarin ons blijkens de ‘faction’-reportage ‘De euro-ramp van 2002’ nog heel wat malheur te wachten staat. HP/De Tijd, 20-12-96

Het ligt in zijn bedoeling geen fictie maar ‘faction’ te maken. Een verhaal gebaseerd op echt gebeurde feiten. De Morgen, 21-08-97

Tomas Ross - die de eerste twintig boeken van zijn oeuvre inmiddels heeft afgescheiden - en de Vlaming Bob Mendes schrijven (onder meer) ‘faction’, een combinatie van fictie en feiten. Vrij Nederland, 11-10-97